Uitleg

Na het succes met het invoeren van de stamkaart-extracten van het Korps Pupillen van de KNIL gaan we door met een volgend deel van het archief: de extracten uit het Oost-Indisch Boek van de onder-officieren en minderen die in Indië zijn aangenomen bij het KNIL.

In dit deel van het archief komen twee formulieren voor. We beginnen in 1835 bij nummer 1686, omdat vanaf dat punt hetzelfde formulier is gebruikt als we eerder hebben gezien bij het Korps Pupillen. De eerste 1685 extracten hadden een ander formaat, die komen later als toetje.

Hoe te beginnen?

De index van het Oost-Indisch Boek is inmiddels helemaal afgerond. De resultaten zijn beschikbaar op de website van het Nationaal Archief, als index NT00457.

De instructies tijdens het invoeren waren:

Kies hierboven in het menu uit de drie menuopties:

  • Invoeren om een willekeurige stamkaart in te voeren.
  • Controleren om een willekeurige al ingevoerde stamkaart te controleren
  • Alle kaarten om de lijst met alle beschikbare stamkaarten te zien.

Speciaal voor deze set kaarten:

  • Bij de extracten van onderofficieren en minderen zit een aantal kaarten van mensen die uit Afrika afkomstig waren. Op deze kaarten staat meestal maar één naam ingevuld. Deze naam vullen we in bij ‘Achternaam / enige naam’, en de andere naamvelden blijven dan leeg.
  • Komma’s tussen de voornamen mogen worden weggelaten
  • Bij veel scans is bovenaan de scan een stuk van de achterkant van de vorige kaart te zien, soms leeg, soms met tekst, en dan ondersteboven. Deze ondersteboven-tekst kan genegeerd worden, het gaat om de kaart die rechtop staat.

De verdere instructies zijn identiek aan die bij het Korps Pupillen:

  • Is een scan onduidelijk, beschadigd of om een andere reden niet in te voeren, vul dan op de plaats van de achternaam een minteken (-) in en laat de rest leeg. Deze kunnen dan door de organisatoren worden beoordeeld.
  • Wanneer een deel van de scan bedekt is door een stukje papier van een andere scan, dan is de scan tweemaal opgenomen. Eén keer met, en één keer zonder het overlappende stukje papier. Bij de voorbereidingen van de scans is geprobeerd om deze dubbeling zoveel mogelijk te verwijderen, maar het kan alsnog voorkomen dat er twee bijna identieke scans zijn. Vul deze dan op de normale manier in, bij de nabewerking wordt dan gekeken welke van de twee in de index wordt opgenomen.
  • Ingevuld wordt de achternaam of enige naam, eventuele voorvoegels, voornamen en het nummer achter “No.”. Het nummer dat vaak links op de kaart staat wordt niet gebruikt.